Waarom heb je een e-module gemaakt?
In het eerste deel van het pollenpracticum had ik veel tijd nodig om iedere student te wijzen op kenmerken van het stuifmeel. Ongeveer 40 studenten volgen het practicum. Je bent als docent veel standaard lesstof bij elke student aan het herhalen. Dat is niet efficiënt. Je kunt ook niet iedere student individueel testen.

In de e-module leg ik het begrippenkader uit, kunnen studenten oefenen met de lesstof en doen ze een eindtoets. Daardoor kan ik niet alleen beter inschatten of ze de stof begrepen hebben, maar ook makkelijker op individuele vragen ingaan.

Hoe ben je tot die stap gekomen?
Mijn collega’s Derek Karssenberg en Wouter Marra waren al bezig was met onderwijsinnovaties. En door toeval kwam ik Huub Zonjee tegen die mij, met datgene wat ik al in mijn hoofd had, kon ondersteunen met het realiseren van het idee.

Wat is de meerwaarde van de e-module?
Vroeger kon er meer tijd worden ingeroosterd voor college en practicum. Om de tijd tijdens het huidige practicum optimaal te benutten heb ik het voorwerk voor het practicum in een e-module gezet.

De student weet wat de kenmerken zijn waarop hij moet letten bij het kijken door de microscoop, welke verschillende soorten stuifmeel er zijn en hoe een preparaat met stuifmeel te determineren (de juiste benaming te geven aan het preparaat).

Tijdens het practicum merkte ik dat de studenten beter voorbereid waren en dat ze een beter begrip hadden van de terminologie. Ze kunnen dus sneller beginnen met determineren.

Hoe werd je ondersteund? En hoe veel tijd kostte het jou?
De ondersteuning vond plaats vanuit Onderwijs- en Studentzaken (OSZ) door Huub Zonjee en Martine Geertsma. Deze was zowel onderwijskundig als praktisch. Bij het maken van een e-module moet je eerst de leerdoelen helder hebben, een structuur maken en daarna de leerstof gaan maken of herschrijven. Je moet vragen bedenken en goede feedback op de antwoorden bedenken. Daar hebben we samen over nagedacht. Daarna heb ik foto’s laten maken en laten omzetten in animaties. De tekst samen met de vragen en beeldmateriaal zijn door Huub en Martine in een structuur geprogrammeerd. Zelf heb ik nog wat edit-werk in de e-module gedaan.

Door het maken van duidelijke werkafspraken, regelmatige overleggen en natuurlijk een deadline bleef de vaart in het project en vond ik het een prima ervaring.

Ikzelf heb er, denk ik, 1 week voltijds aan gewerkt.

Ga je de module opnieuw gebruiken?
Ja, de module ga ik ook in de masters gebruiken, dat is dan wel optioneel. Sommige studenten zullen deze cursus al kennen. Als er inhoudelijke aanpassingen nodig zijn, kan ik dat zelf doen, dat is ook vrij gemakkelijk. Als er grotere, structurele zaken veranderd moeten worden, zal ik OSZ weer inschakelen.

Wat vonden de studenten ervan?
Het is een leuke, visuele tool. Interessant in gebruik. Je krijgt direct feedback op gemaakte keuzes. Over het algemeen genomen waren de studenten positief.  

Heb jij er iets aan gehad?
Ja, het extra beeldmateriaal dat ik gemaakt heb kan ik ook elders gebruiken. Het sdfsdf Het achtergrondmateriaal dat we in de cursus gebruiken heb ik verbeterd. Eigenlijk een update gemaakt van de cursus. 

Zou je nog meer e-modules willen maken?
Ja, in dezelfde cursus is nog zo’n onderdeel dat zich goed voor leent om een e-module van te maken, namelijk het determineren van diatomeeën, microscopisch kleine wiertjes. Ook voor het borgen van de kennis en expertise over de determinatie van diatomeeën is een e-module een goed en bruikbaar instrument.

Zijn er nog andere onderwijsvernieuwingen die je wilt doorvoeren?
Ja, voor een ander practicum, waar studenten het veld in gaan om boringen te doen, wil ik een aantal instructiefilms maken. Je merkt namelijk dat studenten eenmaal in het veld, het soms moeilijk vinden om op de juiste manier te werken of te beschrijven wat je precies ziet en wat je moet doen als er iets mis gaat. Voor dit soort instructiefilms moeten nog goede scripts geschreven worden.

Nieuwe afspraak maken?

Ja graag. Volgende week?